FLEVOLAND - Vrijdag 11 oktober 2024 zetten bestuurders van het Bestuurlijk Platform Visserij (BPV) samen met Staatssecretaris Jean Rummenie hun handtekeningen onder het convenant voor het Visserij Ontwikkel Plan (VOP). In het VOP staat op welke manier er 30 miljoen euro in vijf visserijregio’s wordt besteed. Urk is een van deze regio's en ontvangt 7,4 miljoen euro. Gedeputeerde Jan Klopman tekende het convenant namens provincie Flevoland en wethouder Nathanaël Middelkoop tekende namens gemeente Urk. Met de ondertekening van het convenant worden de financiële verplichten van de Staatssecretaris vastgesteld.

Over het plan

Vorig jaar stelde het (toenmalige) ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 30 miljoen euro beschikbaar voor de visserijsector om de keten en gemeenschappen te ondersteunen bij de transitie van de visserij. Dit geld is bedoeld voor visgerelateerd bedrijfsleven en gemeenschappen die geraakt worden door de veranderingen in de Noordzeevisserij. "Wij geloven in een duurzame toekomst voor de Flevolandse visserijsector. Met de financiering uit het Visserij Ontwikkel Plan wordt ingezet op innovatie, verduurzaming en kennis in de sector en keten, zodat Urk haar (inter-)nationale positie kan behouden wat goed is voor de gemeenschap Urk en de Flevolandse economie." aldus gedeputeerde Jan Klopman.

Waardering voor de visserijgemeenschap

Regio Urk kent het grootst aantal bedrijven dat actief is in de visverwerkende industrie van Noord-Europa. Door de vele bedrijvigheid en praktijkkennis in deze bedrijven, beschikt het Urker viscluster over alle ingrediënten om tot een circulaire visketen te komen in Nederland. Wethouder Nathanaël Middelkoop zegt: “We zijn blij dat het Rijk financieel kracht bijzet en zo haar waardering voor visserijgemeenschappen laat zien. Wij kijken uit naar de realisatie van de plannen in onze regio, want naast de ruim 7 miljoen vanuit het Rijk, brengen private partijen in onze regio zelf zo’n 27 miljoen in. Een heel commitment dus, wat ook weer laat zien dat we op Urk gezamenlijk bezig zijn met de toekomst van onze gemeenschap.”